90 graden. Dan zit je namelijk op één van de polen. Ga je verder, dan loop je als het ware "over de pool heen" zodat je (ten opzichte van je vertrekpunt) aan de andere kant van de pool terechtkomt. Je bent dan weer dichter bij de evenaar dan toen je nog precies op de pool stond. Het aantal graden neemt dan weer af.
Je kunt dus nooit verder dan 90 graden van de evenaar af zitten.
Hoeveel graden je van de evenaar af bent, heet overigens noorderbreedte of zuiderbreedte (net op welk halfrond je bent).