Is het jij wil of jij wilt?

Het is: Jij wilt.

Het kan allebei. In de spreektaal komt 'je wil' heel vaak voor en in de informele schrijftaal ook. In formelere contexten geven veel mensen de voorkeur aan 'je wilt'. Als je gebruikt wordt in de algemene betekenis men, is 'wil''voor de meeste taalgebruikers altijd mogelijk. Als je achter de persoonsvorm staat, valt de t weg. Dat is een algemene eigenschap van je. Daarom zijn alleen juist: 'Wil je even komen?' en 'Wil je nu wel of niet?'.

Het is jij wilt met een t. Maar als jij achter wil staat is het: wil jij.
Willen is wel een 'apart' werkwoord. Waar bij de meeste andere werkwoorden een t achter de stam komt bij de 3e persoon (hij/zij/het werkT), krijg je dat bij willen niet: hij wil (en niet: hij wilt).

Dus:
ik wil
jij wilt, wil jij?
hij wil
wij willen
jullie willen
zij willen

Het is jij wilt!

Het hele werkwoord is willen.
De stam van het werkwoord is "ik wil".
hij/jij/zij = stam + t. Dus Jij wilT!

Toegevoegd na 3 minuten:
Alleen zoals in het antwoord hierboven is hij een uitzondering van deze regel.
Je zegt wil jij omdat: Ik ervoor, ik erachter, jij of je erachter nooit een T!!

Dus ik wil
jij wilt
wil jij en
wil je!

Om te weten of je een 't' aan het eind van een werkwoord plaats kun je het vervangen door een ander werkwoord met ongeveer dezelfde betekenis, vaak weet je het dan wel.

Dus:
Jij wilt, want
jij begeert, jij belieft en jij wenst.

Dit werkt ook bij dt woorden:
Jij wordt groter, want
Jij groeit en jij verandert.

Andersom (zonder t):
Wil jij weggaan?
Vertrek jij? Loop naar de h*l

Ik gebruik bij de vraag of er een t achter moet of niet altijd even het werkwoord "lopen".

Heb ik ooit eens geleerd als ezelsbruggetje.

En jij loop klinkt echt niet goed.