Welke instelling kan ik het beste gebruiken op mijn spiegelreflexcamera voor paardensport/een portret?

Her belangrijkste is de sluitertijd. Die moet kort genoeg zijn om een scherpe foto te maken. Denk aan minder dan 1/1000 seconden voor een snelle beweging en minder dan 1/50 voor een stilstaand paard. Zorg er als eerste voor dat deze instelling goed is en experimenteer hiermee.

De apertuur maakt niet heel erg uit en hangt vooral af van jouw voorkeur. Een lage apertuur, bijvoorbeeld f/3, zorgt ervoor dat de achtergrond en voorgrond niet in focus zijn, terwijl een hoge apertuur als f/12 ervoor zorgt dat bijna alles scherp is. Een lage apertuur kun je dus gebruiken om meer dadruk te leggen op datgene wat je fotografeert. De apertuur kun je meestal veranderen met je lens.

Als laatste heb je de ISO waarde. Een hoge ISO als 3200 geeft een lichtere foto, maar ook meer ruis. Het beste is dus om een zo laag mogelijke ISO te gebruiken van 100 tot 800, tenzij de omgeving donker wordt. Het verhogen van de sluitertijd en verlagen van de apertuur zorgt ook voor meer licht, maar dat heeft natuurlijk weer andere gevolgen. Als het te donker wordt en je ISO is al erg hoog, kun je meestal het beste eerst je apertuur verlagen en dan pas je sluitertijd.

De makkelijkste manier om te checken of je foto over- of onderbelicht is, is met een histogram (zie de foto). Als je histogram rond het midden ligt en niet de rechterkant aanraakt, is je belichting goed.

De rest van de instellingen zijn vooral nabewerkingen die je ook kunt doen met een fotobewerkingsprogramma. Als je de foto's later nog wilt bewerken op een computer, kun je het beste in RAW formaat fotograferen, niet in JPG.