Waarom krijg ik geen tampon in?

Voor het inbrengen van tampons is een beetje handigheid nodig. Het lukt eigenlijk bijna nooit meteen de eerste keer. Als je dan een aantal keren oefent en goed de instructies in de bijsluiter opvolgt zit hij er op een bepaald moment toch in.

Maar soms krijg je het echt niet voor elkaar. Dan kun je eigenlijk niet eens een geschikt gaatje vinden waar zo'n tampon in zou moeten kunnen. Dit is niet zo vreemd als het klinkt, de geslachtsdelen van meisjes zij nu eenmaal een stuk moeilijker te vinden dan bij jongens. Ga dus eens op zoek, pak er eens een spiegel bij en een lamp en ga dan alles een goed bekijken. Tussen je schaamlippen zitten twee gaatjes: van voren je plasgaatje. Dat is heel klein en niet zo gemakkelijk te zien en te vinden. Daar past geen vinger in, en ook geen tampon. Je kunt dus niet een tampon per ongeluk in een verkeerd gaatje stoppen. Een klein stukje naar achteren zit je vagina, maar ook die zie je bijna niet. Het is namelijk niet een openstaand gat, maar lijkt dicht te zitten. Maak nu het topje van je vinger of een beetje vochting met spuug of glijmiddel en druk zachtjes, dan zul je op een gegeven moment misschien merken dat er iets meegeeft en dat je met je vinger naar binnen kunt. Dat is je vagina, niet een stijve, holle koker, maar een zachte en vochtige flexibele holte waarvan de wanden tegen elkaar liggen. Een vagina is prima in staat om zich aan te passen aan wat erin komt. Of dat nu een vinger is of een tampon. Als je eenmaal gewend bent aan het gevoel van een vinger in je vagina, probeer het dan nog eens met een tampon. Als het ook dan nog niet lukt gebruik je voorlopig gewoon maandverband, en probeer je het over een poos nog eens. Of niet, zoals je zelf wilt. Want er is niets mis met maandverband.