Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Waarom vergeet ik steeds hoe ik -d en -dt toe moet passen en onthoud ik de meest onzinnige dingen?

en het grapje over het domme blondje kan ik zelf dus verzinnen.....

Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
1.8K

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Antwoorden (7)

Omdat d's, t's en dt's puur op regeltjes zijn gebaseerd. Je moet domweg een aantal regels in je kop stampen. Die regels hebben niets te maken met de werkelijkheid zoals we die waarnemen, ze staan als het ware los van de wereld.

De dingen die je wel onthoudt, zijn dingen die door de echte wereld aan jou worden gepresenteerd. Of het nu de kleur van de auto van je schoonzus is, of het telefoonnummer van de overbuurman -- het zijn dingen die ergens mee te maken hebben.

Dat is het verschil.

Toegevoegd na 3 minuten:
Wil je toch de d's, t's en dt's goed toepassen, dan zul je dus echt even moeite moeten doen. De regels zijn heel eenvoudig, maar je moet er wel bij nadenken.

Heb ik ook gehad, ik kon het op een gegeven moment niet, besloot dat ik wel correct wilde kunnen schrijven, en heb de regels een tijdje bij de hand gehouden.

Ik ben blij dat ik dat heb gedaan. Nu gaat het helemaal automatisch, zonder dat ik erbij hoef na te denken. Geen enkele moeite dus.

Nadeel is wel dat ik ook automatisch, zonder dat ik het wil, meteen zie dat een ander de d's, t's en dt's door elkaar haalt. Dat stoort dan.

Elk voordeel heeft z'n nadeel... ;-)
(Lees meer...)
14 jaar geleden
Ik denk omdat de -d en -dt regels uiteraard een stuk abstracter zijn dan moppen over domme blondjes.

Het menselijke brein onthoudt dingen beter als er een verband of een verhaal in zit, en minder goed als een gegeven slechts uit losse elementen bestaat, zoals losse jaartallen of cijfertjes of regeltjes. Het is beter als deze gegevens in een verhaaltje zijn verwerkt.
Nog een voorbeeld is dat mensen verhalen beter onthouden als ze rijmen, simpelweg omdat er dan een verband ontstaat tussen de zinnen.

Veel ezelsbruggetjes zijn ook gestoeld op dit feit. Zij maken het abstracte wat verhalender, wat duidelijker.
Ik zie dat je moeite hebt met het onthouden van -d en -dt, daarom geef ik je hiervoor een ezelsbruggetje. Vervang het werkwoord door 'smurfen', dus 'ik loop naar het werk' wordt 'ik smurf naar het werk'. is het smurf, blijft het werkwoord zo staan zonder toevoegingen. Wordt het echter 'smurft', dan komt er een -t of -dt achter, zoals in 'hij smurft morgen 19' = 'hij wordt morgen 19'

Succes!
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
d, dt is niet moeilijk.

Tegenwoordige tijd: Heeft het werkwoord een d in de 'stam':

lopen -> lop - nee
Worden -> word - Ja

Dan in ieder geval een d.

Is het hij, jij, of zij, dan een t erbij:

Loop +t = loopt
word + t = Wordt.

Als je het niet zeker weet of er een t bij komt: Denk even aan het zinnetje: Hij loopt naar de winkel / Jij loopt naar de winkel / ik loop naar de winkel. Let op: Loop jij naar de winkel? Pas jouw zin in dit verband & Voila!

En dan weet je in de andere gevallen ook of er een t moet komen
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Buiten het feit hoe je de regels moet toepassen, dat is niet immers niet de vraag, kan ik je wel vertellen waarom je niet weet.

Het onderwijs in Nederland is namelijk van een dermate laag niveau. De docenten vandaag de dag hebben dit namelijk ook slecht geleerd op school, Nederlands was niet belangrijk.

Nu zijn zij diegene die het de kinderen van de toekomst moeten leren, zie je het probleem.

Wij denken als Hollanders dat we het allemaal wel begrijpen, de ervaring leert toch echt anders!
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Dat je denkt dat je dat stomweg onthouden moet in plaats van daarvoor de uitgesproken simpele regels toe te passen (vervang het werkwoord door werken (hij biedt - hij werkt - hij besteedt) en natuurlijk het Kofschip / Fokschaap voor de uitzonderingen (hij juichte, hij paste) ) zegt vermoedelijk iets over wat er in je lagere schooltijd over is blijven hangen.

Dat je het in je snelheid vaak vergeet (zoals ik hier op GV) en verkeerd doet, heeft voornamelijk te maken met het woordbeeld. Zo lezen we bijvoorbeeld 'gebeurd' veel vaker in de verleden dan in de tegenwoordige tijd, zodat je voor je het weet opschrijft 'wat gebeurd hier allemaal'. Maar in een officiële tekst zal je de fout hopelijk wel op tijd herkennen. Bij sommige mensen werken dergelijke fouten als een rode lap op een stier, terwijl iedereen er wel eens intrapt.

In elk geval heeft het met domheid niks te maken, hooguit met enerzijds slordigheid en anderzijds gebrek aan voldoende schrijf- en vaak ook leeservaring.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
In mijn jeugd(kijk daar is opa weer) werden die dingen erop school ingehamerd! En als je dan ook nog veel leest,doe je het bijna altijd goed.Ik vermoed dat het je ook niet zo veel interesseert als die wat jij noemt onzinnige dingen,maasr je weet: Een mens is nooit te oud om te leren! En daarbij,als je maar duidelijk maakt wat je bedoelt,dat is het belangrijkste!
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Waarschijnlijk heb je een tè "wetenschappelijke" uitleg gekregen destijds, en als het jou toen maar half interesseerde vergeet je dat. Maar als je een "makkelijk" ezelsbruggetje hebt is het feitelijk heel makkelijk. Ik hoop dat mijn uitleg ervan wat makkelijker overkomt dan die van Jelle.
Kijk eerst naar het werkwoord (en dit alles geldt voor het heden: tegenwoordige tijd)
Eindigt de stam van het werkwoord op een d dan "hoor" je niet of je de t wèl of niet moet schrijven.
Vervang in die gevallen het werkwoord door eenwerkwoord dat eindigt op bijv. een p of een n: lopen of lenen.
Dan "hoor" je duidelijk of je ik loop - of hij loopt moet zeggen. Moeilijker: jij loopt . . . maar als bijzin of indirecte vorm (bijv. vragend) loop jij? Da's niet zo moeilijk, al is het een omslachtige uitleg.
Als er in de "lopen-parallel" een -t hoorbaar is, dan moet je het werkwoord waarvan de stam op een -d einidigt met een -t schrijven , Anders (Ïk loop . .) niet en blijft het met alleen de -d.
Vb: Hij houdt van koffie - houdt hij van koffie?, houd jij van koffie? Vergelijk deze vormen met lopen dan is het heel duidelijk.

Overigens: mijn complimenten dat je vindt dat je het goed zou moeten spellen - tè veel mensen kan het niets schelen. De wil is er duidelijk bij jou! Ik hoop dat dit trucje werkt. Als je het een paar keer hebt toegepast, begrijp je binnenkort niet dat je het ooit moeilijk hebt gevonden.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 2500
Gekozen afbeelding