Tuin

In de tuin staat een blauweregen. Die wikkelde zich rond een pergola.

Vorig jaar is het bovengrondse deel van de blauweregen ineens afgestorven. Alsof hij onderaan was doorgezaagd (wat niet zo was).

Rond dezelfde tijd zijn uit de grond rond de blauweregen een heleboel nieuwe scheuten omhoog gekomen. Twee daarvan wikkelen zich nu rond de staander van de pergola, de rest heb ik weggeknipt.

Op de plek van de oorspronkelijke blauweregen staat nu nog het onderste deel van de oorspronkelijke stam (erg dik), waaruit nog de twee oorspronkelijke takken ontspruiten (minder dik; inmiddels afgezaagd). Zo'n tien centimeter van de oorspronkelijke stam komen de twee nieuwe scheuten uit de grond omhoog (vrij dun).

Wat verderop kwamen de resten van andere nieuwe scheuten uit de grond (erg dun), maar die heb ik allemaal afgeknipt.

Mijn vraag is nu:
Betreft dit wellicht een geënte blauweregen?
Is er bij de entingsplek iets mis gegaan, waardoor de blauweregen afstierf?

En vooral:
Zijn de twee scheuten die nu omhoogkomen, "wilde" scheuten? Zo ja, betekent dat dat ik de eigenlijke blauweregen kwijt ben, en nu nog slechts een niet erg sierwaardig exemplaar heb staan?

In ons open hokje met tuinspullen staan een paar manden met aarde, waarin bloembollen zitten. Tot onze verbazing ontdekken wij hierin kleine gaten. Waar komen die vandaan. We hebben af en toe last van muizen. Regelmatig komen hier eekhoorns. Verder worden we dagelijks bezocht door vogels.

In de tuin staat een blauweregen. Die wikkelde zich rond een pergola.

Vorig jaar is het bovengrondse deel van de blauweregen ineens afgestorven. Alsof hij onderaan was doorgezaagd (wat niet zo was).

Rond dezelfde tijd zijn uit de grond rond de blauweregen een heleboel nieuwe scheuten omhoog gekomen. Twee daarvan wikkelen zich nu rond de staander van de pergola, de rest heb ik weggeknipt.

Op de plek van de oorspronkelijke blauweregen staat nu nog het onderste deel van de oorspronkelijke stam (erg dik), waaruit nog de twee oorspronkelijke takken ontspruiten (minder dik; inmiddels afgezaagd). Zo'n tien centimeter van de oorspronkelijke stam komen de twee nieuwe scheuten uit de grond omhoog (vrij dun).

Wat verderop kwamen de resten van andere nieuwe scheuten uit de grond (erg dun), maar die heb ik allemaal afgeknipt.

Mijn vraag is nu:
Betreft dit wellicht een geënte blauweregen?
Is er bij de entingsplek iets mis gegaan, waardoor de blauweregen afstierf?

En vooral:
Zijn de twee scheuten die nu omhoogkomen, "wilde" scheuten? Zo ja, betekent dat dat ik de eigenlijke blauweregen kwijt ben, en nu nog slechts een niet erg sierwaardig exemplaar heb staan?

In ons open hokje met tuinspullen staan een paar manden met aarde, waarin bloembollen zitten. Tot onze verbazing ontdekken wij hierin kleine gaten. Waar komen die vandaan. We hebben af en toe last van muizen. Regelmatig komen hier eekhoorns. Verder worden we dagelijks bezocht door vogels.

Wie weet waar ik moet zijn?