Als algemene vuistregel geldt echter dat je het woordenboek moet gebruiken dat in de instructies voor het examen staat. Als er geen specifiek woordenboek wordt vermeld, kun je met je leraar of professor overleggen om te zien wat hij/zij aanbeveelt. In elk geval is het altijd het beste om het zekere voor het onzekere te nemen en het meest actuele en gerenommeerde woordenboek te gebruiken.