Blijft de temperatuur qua tijd langer rond het vriespunt, dan bv tussen 6 en 7 graden?

Neerslag die als regen valt, vloeit grotendeels door sloten en riolen af.
Maar neerslag die als sneeuw valt, blijft op de grond liggen en onttrekt door langzaam te smelten voortdurend warmte aan de luchtlaag erboven totdat de sneeuw gesmolten is in water van 0 graden dat alsnog via sloten en riolen afvloeit.
Zelfs geruimde sneeuw ligt ergens op een grote hoop langzaam te smelten: na een flinke periode met sneeuwval kunnen die hopen nog opvallend lang zichtbaar blijven.
Daarom kunnen ijsklontjes een drankje ook koel houden. Ze nemen al smeltend veel smeltwarmte op uit het drankje dat daardoor koeler wordt en ondanks de warmere omgeving koel blijft. Tot het ijs gesmolten is, dan houdt het effect op.

Het veranderen (smelten) van sneeuw en ijs van nul graden in smeltwater van nul graden kost dus veel energie, en die zgn. smeltwarmte wordt in een winters landschap onttrokken aan de luchtlaag erboven. En wanneer de zon schijnt, aan de zonne-instraling, waarbij de zon dan dus wel schijnt maar niet voor wat opwarming van de bodem zelf en de onderste luchtlagen gebruikt wordt. Want die voelen nog steeds een sneeuwlaag van 0 graden, en van het contact met smeltwater van 0 graden kan de lucht ook niet warmer worden. De mensen voelen wel goed de zonnewarmte op hun kleding, maar het wordt boven een goed sneeuwdek buiten niet echt warmer.

Op deze manier kan een sneeuwdek voor een goed merkbare stabilisering van de gemeten luchttemperatuur en ook de bodemtemperatuur zorgen. Het antwoord op de hier gestelde vraag is dus ja.

Omgekeerd is dit ook een deel van het verhaal dat het zo lang duurt voordat we dik natuurijs hebben: bij het bevriezen van een laagje water van water van 0 graden naar ijs van 0 graden komt stollingswarmte vrij die meteen het verder afkoelen van de omgeving tegen gaat werken.

Als ik hierop google dan krijg ik bronnen met de bekende verhalen over afkalvende gletsjers en klimaatverandering, maar dat is iets op veel grotere schaal.

Los van bovenstaand effect kan kouder weer vaak te maken hebben met een hogedrukgebied boven onze omgeving. En hogedrukgebieden kunnen dan soms lang in de buurt blijven, wat je bij lagedrukgebieden meestal niet hebt. Ook hogedrukgebieden dragen dus bij aan stabielere temperaturen die dan gemakkelijker rond het vriespunt kunnen blijven hangen.

Rond de nul graden, zal langer in stand blijven dan die tussen de 6 en 7 graden.
0 graden is de temperatuur van smeltend ijs.
Maar om te kunnen smelten is weer warmte nodig, die wordt onttrokken aan de directe omgeving.
Iets onder nul, zal het weer vriezen en komt er warmte vrij, zodat het niet gemakkelijk kouder worden.
Door deze twee processen kan het makkelijker rond de nul graden blijven, omdat ze koelen en verwarmen.